We gaan vorm onderzoeken. Dit doen we door te stempelen met spullen die we in huis hebben. Welke vormen ontstaan er? Zijn ze rond of hoekig? Zacht of hard? En wat zien we uiteindelijk in al deze stempels? Kunnen we ze herhalen en er iets van maken? Is het een mens of een robot?
Gelukkig hoeven we niet gelijk iets te bedenken. Door te oefenen en te kijken krijgen we inspiratie om een kunstwerk te maken. We gaan verschillende organische en geometrische vormen stempelen.
Organische vormen zijn vormen die we in de natuur tegenkomen, zoals planten, dieren, mensen en rotsen. Ze zijn niet recht en strak, maar wat losser en steeds verschillend.
Geometrische vormen zijn afgeleid van basisvormen zoals een vierkant, rechthoek, driehoek of een cirkel. Ze zijn vaak gemaakt met een liniaal of een passer om ze zo strak mogelijk te maken.
Vouw 1 vel A4 papier doormidden. Pak een aardappel of een spons en snijd deze doormidden. Snijd een helft weer doormidden en snijd weer 1 helft in een nog kleiner stuk.
Met een schilmesje kun je gemakkelijk een aardappel doormidden snijden. Een spons kun je met een stanleymes of een schaar goed in stukken snijden.
Doe verf met de kwast op een van de ‘stempels’ als je acrylverf gebruikt. Als je een stempelkussen hebt, kun je de stempel meteen in het stempelkussen drukken.
- Smeer niet te veel acrylverf op de stempel! Een dun laagje is genoeg, dan druk je zonder klodders.
- Als je een stempelkussen gebruikt is het belangrijk dat je goed in het kussen drukt. Controleer of je stempel helemaal een kleur heeft voordat je stempelt op het papier.
Stempelen maar! Herhaal stap 2 bij alle stempels die je hebt gemaakt met de aardappel of de spons uit stap 1. Stempel dezelfde stempel ook een paar keer opnieuw, zodat er herhaling ontstaat. Waar op het papier zet jij de volgende stempel?
Pak een nieuwe aardappel of spons en snijd deze doormidden. Snijd een vierkant, driehoek, rechthoek en cirkel uit de aardappel. Doe er weer inkt of verf op en zet weer stempels op je papier.
Welke vormen heb je allemaal gemaakt?
- Welke vormen zijn hoekig en welke rond?
- Welke vormen zijn zacht en welke hard?
Dit noemen we ook wel het karakter van de vorm. Welke vormen gebruik je voor een mens? Welke voor een robot?
Wil je nog even verder onderzoeken? Dat mag natuurlijk!
Door met 1 kleur te werken kun je door over elkaar heen te stempelen nieuwe vormen maken.
Nu je goed hebt geoefend is het tijd om je eigen kunstwerk te maken!
Wat zou je van al deze vormen die we hebben onderzocht kunnen maken?
Pak een velletje A6 papier. Ga je een robot of een mens maken? Of iets heel anders? Dat mag natuurlijk ook!
Voeg eventueel met een stift in dezelfde kleur iets toe om jouw illustratie af te maken. Als je klaar bent, plak je jouw kunstwerk gemaakt op A6 in je boekje.